Het laatste nieuws rondom de Hoge Raad | Recente uitspraken en conclusies
In deze editie van de cassatienieuwsbrief komen de volgende onderwerpen aan bod:
|
|
|
|
|
Nieuws rondom de Hoge Raad |
Digitaal procederen ook verplicht in prejudiciële procedures |
Met ingang van 1 mei 2024 verloopt de civiele prejudiciële procedure bij de Hoge Raad digitaal. Wanneer de betrokken partijen zich in een prejudiciële procedure melden, zijn zij verplicht om digitaal te procederen. Ook derden die in de gelegenheid worden gesteld om schriftelijke opmerkingen te maken, kunnen deze enkel digitaal indienen. Partijen en derden moeten zich daarbij door een cassatieadvocaat laten bijstaan. Hiermee is de wijze van procederen bij de Hoge Raad in alle civiele procedures met elkaar in overeenstemming gebracht. Vanaf 1 april 2017 bestond al een verplichting om digitaal te procederen in civiele vorderingsprocedures, civiele verzoekprocedures bij de Hoge Raad verlopen sinds 1 april 2021 digitaal.
|
|
|
|
Hoge Raad publiceert jaarverslag 2023 |
Op 2 april 2024 heeft de Hoge Raad het jaarverslag 2023 gepubliceerd. In dit verslag wordt inzicht gegeven in de werkwijze van de Hoge Raad. Ook wordt publieke verantwoording afgelegd over de verrichte werkzaamheden en over de middelen die in dat verband zijn ingezet. Zo volgt uit het jaarverslag dat het aantal bij de Hoge Raad aangebrachte civiele zaken in 2023 is teruggelopen (van 376 zaken in 2022 naar 334 zaken in 2023). Ook is de gemiddelde doorlooptijd afgenomen (van 422 dagen in 2022 naar 381 dagen in 2023). Joris Jas bespreekt de inhoud van het jaarverslag uitgebreid in zijn blog.
|
|
|
|
|
Recente uitspraken en conclusies |
Geen verschoonbare termijnoverschrijding bij indiening onleesbaar beroepschrift |
Eén dag voor het verstrijken van de beroepstermijn zendt een advocaat een beroepschrift via Veilig Mailen (Zivver) aan het hof, onder gelijktijdige toezending van een (digitaal) afschrift van het beroepschrift aan de advocaat van de wederpartij. De advocaat van de wederpartij laat de volgende ochtend direct weten dat het toegezonden pdf-bestand niet kan worden geopend. Het fysieke afschrift van het beroepschrift arriveert pas twee weken na het verstrijken van de beroepstermijn bij het hof. Het hof verklaart de appellant vervolgens niet-ontvankelijk, omdat binnen de beroepstermijn geen leesbaar beroepschrift is binnengekomen. De Hoge Raad laat dit oordeel in stand. Van een verschoonbare termijnoverschrijding is geen sprake, omdat geen storing in Veilig Mailen (Zivver) heeft plaatsgevonden. Het digitale bericht heeft het hof immers bereikt. Op de griffie rust ook geen verplichting om een partij erop te wijzen dat een beschadigd bestand is ontvangen. Dat komt voor het risico van de partij die kiest voor digitale indiening van een beroepschrift.
|
|
|
|
|
Klachtplicht niet van toepassing bij aansprakelijkheid op grond van artikel 2:9 lid 1 BW |
Een rechtspersoon stelt een voormalig bestuurder aansprakelijk op grond van artikel 2:9 lid 1 BW. De voormalig bestuurder verweert zich hiertegen door een beroep op de klachtplicht (artikel 6:89 BW) te doen. Volgens de voormalig bestuurder heeft de rechtspersoon niet binnen bekwame tijd tegen zijn (onbehoorlijke) taakvervulling geprotesteerd. Naar het oordeel van het hof kan dit verweer niet slagen, omdat de klachtplicht niet van toepassing is bij aansprakelijkheid op grond van artikel 2:9 lid 1 BW. De Hoge Raad oordeelt op gelijke wijze. Een redelijke wetsuitleg brengt volgens de Hoge Raad mee dat aan een bestuurder ter afwering van zijn aansprakelijkheid op grond van artikel 2:9 lid 1 BW jegens de rechtspersoon geen beroep op artikel 6:89 BW kan toekomen. Dit vloeit voort uit de (rechtspersonenrechtelijke) aard van de rechtsverhouding tussen de bestuurder en de rechtspersoon. Een bestuurder zou dan immers – namens de rechtspersoon – bij zichzelf zou moeten klagen over zijn (onbehoorlijke) taakvervulling. Een zodanige situatie acht de Hoge Raad onwenselijk. Deze regel geldt ook wanneer het bestuur uit meerdere bestuursleden bestaat. De collegiale verhoudingen binnen het bestuur kunnen immers evenzeer bemoeilijken dat er binnen bekwame tijd wordt geprotesteerd tegen de onbehoorlijke taakvervulling van een medebestuurder.
|
|
|
|
Advies A-G Snijders: nuanceer de regels en gevolgen van het Didam-arrest |
In het Didam-arrest uit 2021 heeft de Hoge Raad bijzondere regels gegeven voor het geval waarin een overheidsorgaan wenst over te gaan tot de verkoop van een onroerende zaak. In essentie dienen alle gegadigden gelijke kansen te worden geboden en dient de verkoop op basis van objectieve, toetsbare en redelijke criteria plaats te vinden. Dit heeft in de praktijk tot grote rechtsonzekerheid geleid. Niet alleen is onduidelijk in welke situaties de regels uit het Didam-arrest gelden, maar ook bestaat twijfel over de gevolgen van koopovereenkomsten die in strijd met die regels tot stand zijn gekomen. A-G Snijders adviseert de Hoge Raad in zijn conclusie om het overheidsorgaan – in situaties waarin daarvoor een redelijke en objectieve rechtvaardiging bestaat – de mogelijkheid te bieden om van de regels uit het Didam-arrest af te wijken. Bovendien is de A-G van oordeel dat niet-naleving van die regels niet tot ongeldigheid van de betreffende koopovereenkomst of overdracht leidt, maar tot aansprakelijkheid van het overheidsorgaan wegens schending van het gelijkheidsbeginsel. Dat is immers de juridische grondslag van de door de Hoge Raad in het Didam-arrest gegeven regels. De uitspraak van de Hoge Raad is voorlopig bepaald op 25 oktober 2024.
|
|
|
Advies A-G Drijber: maatregelen tegen geluidshinder Schiphol nu nog niet mogelijk |
In 2022 heeft het kabinet besloten tot het nemen van verschillende maatregelen om de geluidsoverlast van luchthaven Schiphol te verminderen. Daartoe zou, in de kern, het aantal vliegbewegingen dat per jaar op luchthaven Schiphol kan worden uitgevoerd omlaag worden bijgesteld. Verschillende luchtvaartmaatschappijen hebben de Staat vervolgens in kort geding gedagvaard om te bewerkstelligen dat deze maatregelen niet worden doorgevoerd. Het hof heeft geoordeeld dat de Staat de voorgenomen maatregelen mag nemen. Dat oordeel kan volgens A-G Drijber niet in stand blijven. Volgens de A-G heeft het hof deze maatregelen ten onrechte uitgezonderd van de door de Geluidsverordening voorgeschreven balanced approach-procedure, die voorwaarden stelt aan het doorvoeren van geluidsgerelateerde exploitatiebeperkingen. Bovendien is de A-G van oordeel dat voor een deel van de voorgenomen maatregelen geen toereikende wettelijke grondslag bestaat. De Hoge Raad doet zo spoedig mogelijk uitspraak.
|
|
|
|
Inkomsten uit zwart werk relevant bij begroting schade door verlies van arbeidsvermogen |
Een zelfstandig ondernemer raakt gedeeltelijk arbeidsongeschikt door een val van een ladder. Hij stelt de opdrachtgever (onder meer) aansprakelijk voor de schade die verband houdt met het verlies van arbeidsvermogen. In het kader van de schadebegroting ontstaat vervolgens discussie tussen partijen over de vraag of rekening mag worden gehouden met inkomsten uit zwart werk. De Hoge Raad stelt voorop dat de opdrachtnemer moet stellen (en bewijzen) welke werkzaamheden hij zou hebben verricht wanneer het ongeval niet had plaatsgevonden en welk netto-inkomen hij met die werkzaamheden zou hebben verdiend, een en ander na het inhouden of afdragen van belastingen en premies. Wanneer de verrichte werkzaamheden als zodanig rechtmatig zijn, kunnen ook gemiste inkomsten uit zwart werk in aanmerking worden genomen. Het gegeven dat de opdrachtnemer zodanige werkzaamheden uitvoerde, geeft volgens de Hoge Raad immers informatie over het arbeidsvermogen van de opdrachtnemer voorafgaand aan de schadeveroorzakende gebeurtenis.
|
|
|
|
|
Cassatie- en Correspondentendag op 14 november 2024 |
Op donderdag 14 november 2024 organiseert BarentsKrans de jaarlijkse Cassatie- en Correspondentendag. Tijdens deze dag wordt u bijgepraat over de recente rechtspraak van de Hoge Raad op het gebied van onder meer het Burgerlijk Procesrecht, het Contracten- en Aansprakelijkheidsrecht en het Huurrecht. Deelname aan de Cassatie- en Correspondentendag levert twee PO-punten op. Noteer deze datum alvast in uw agenda.
|
|
|
|
|
BarentsKrans cassatieblogs |
|
|
|
Hoger beroep bij ontbinding arbeidsovereenkomst |
In hoger beroep wordt niet enkel de juistheid van een in eerste aanleg gegeven beslissing beoordeeld. Er vindt een volledige herbeoordeling plaats van de door middel van grieven aan de rechter in hoger beroep voorgelegde onderwerpen. In arbeidsrechtelijke zaken gelden in dit verband verschillende (processuele) regels die afwijken van het gebruikelijke procesrecht in hoger beroep. Frank Dekker bespreekt de bijzondere regels die betrekking hebben op (de toetsing van) verzoeken tot ontbinding van een arbeidsovereenkomst in deze blog.
|
|
De grens tussen een tussenuitspraak en een (gedeeltelijke) einduitspraak |
Waar een rechter in een tussenuitspraak in het dictum nog niet definitief over het gevorderde beslist, is dit wél het geval in een einduitspraak. Als slechts aan een deel van het geding een einde wordt gemaakt, is sprake van een deeluitspraak. In de praktijk blijkt het onderscheid tussen eind- en tussenuitspraken niet altijd eenvoudig te zijn. Dat volgt ook uit twee recente arresten van de Hoge Raad. In haar blog gaat Esmee Kerckhoffs dieper in op het onderscheid tussen een tussenuitspraak en een (gedeeltelijke) einduitspraak, evenals op deze actuele jurisprudentie.
|
|
|
|
|
Philip Fruytier
advocaat | partner
+31 70 376 07 81 | +31 6 43 97 50 44
philip.fruytier@barentskrans.nl
|
|
|
|
|
BarentsKrans
Lange Voorhout 3 | 2514 EA Den Haag +31 70 376 06 06 communicatie@barentskrans.nl www.barentskrans.nl
|
|
|
|
|
|
|